Samen investeren en geld verdienen kan lucratief zijn. Een goede overeenkomst om dat ‘waterdicht’ te regelen, zodat het voor geen van de partijen onverwacht groot nadeel oplevert, is daarbij van groot belang, voor alle betrokkenen.
Ondernemer A. had een (lege) vennootschap in het buitenland, relaties en bouwplannen. Ondernemer B. had geld. Ondernemer A. verkocht daarop voor een aanzienlijk bedrag de helft van de aandelen aan ondernemer B., met de afspraak dat hij dat bedrag als kapitaal of lening in de BV zou stoppen, terwijl ook ondernemer B. er een dergelijk bedrag er in zou stoppen. Het totaalbedrag zou dan gebruikt worden voor de ontwikkeling van mooie projecten…..
Ondernemer B. betaalde aan A. de koopprijs van de aandelen. Vervolgens kwam er echter een kink in de kabel: door omstandigheden lukte het B. niet om het bedrag van zijn ‘eigen’ investering beschikbaar te krijgen. Ondernemer A. achtte zich daardoor niet gehouden de koopsom in te brengen in de BV, zo lang de ander het afgesproken investeringsbedrag niet stortte.
Hoewel ondernemer A. waarschijnlijk niet bewust had aangestuurd op een afspraak die tot dit gevolg leidde, was het begrijpelijk dat ondernemer B. zich ernstig benadeeld voelde. Ondernemer B. had wellicht wel een kans om de koopprijs via de rechter terug te vorderen, maar zag daarvan om verschillende redenen af.